Contrabassen waar je meestal als eerste mee in aanraking komt, zijn de instapmodellen of studiebassen. Dit zijn gewoonlijk goedkope Chinezen, vaak voorzien van prachtige Duitse of Italiaanse namen. Deze contrabassen komen ook als eerste bij de reparateur terecht. En dat is niet voor niets.
Bij goedkope bassen wordt altijd bezuinigd op alle afneembare onderdelen zoals de kam, het staartstuk, snaren, mechanieken en vaak ook op de toets. Het is altijd raadzaam de kam te behandelen. Dit gaat uitstekend met gekookte lijnolie of een andere houtveredelingsolie, zoals Tungolie. Gebruik olie en geen lak.
Wat je op Foto 1 ziet kom ik nog wel eens tegen. De kam is nooit behandeld geweest en zal vervormen onder invloed van luchtvochtigheid en de grote snaardruk die erop staat. Dit is een onomkeerbaar proces en de enige remedie is de kam vervangen. Laten we er dan gelijk maar eentje van een betere kwaliteit nemen. Elke bas is dat waard. Een goede kam koop je als halffabrikaat voor zo’n acht tientjes. Hoe duurder de kam, hoe beter de kwaliteit. Je krijgt echt waar je voor betaalt. De nieuwe kam moet nu nog passend gemaakt worden en dat vergt wel enige kennis van zaken.
Plaatsing
Allereerst moeten de voetjes perfect op de ronding van de kast aansluiten. Dit is een basisvoorwaarde voor een goede klankoverdracht. Voordat je dat kan aftekenen moet exact bepaald worden waar de kam moet staan, omdat de ronding van het bovenblad niet overal gelijk is. In het voorbeeld gaat het om een zogenaamde ¾-bas en kom ik op een mensuur van 106 cm. Dit bepaalt de plaatsing van de kam en deze wordt met tape of een paar dunne potloodlijntjes gemarkeerd (Foto 2). Het is handig om voor het demonteren van de oude kam de positie hiervan ook te markeren op de kast. Zo heb je een prima indicatie, in ieder geval voor het midden.
Smaak
Na het aftekenen van de nieuwe kam is het een kwestie van geduldig en secuur vijlen, passen, weer vijlen et cetera. Belangrijk is dat de kam uiteindelijk ongeveer 1 graad achterover staat. Hij komt dus net niet haaks op de kast (Foto 3). Hierna moet de bovenkant gevormd worden; zowel de ronding als de dikte. Ook maken we nu de inkepingen voor de snaren. Als voorbeeld kun je hiervoor de oude kam gebruiken en de nieuwe naar believen iets hoger of lager maken. Dit is een kwestie van een aantal keren de bas opbouwen, bespelen en beoordelen. Afhankelijk van de kwaliteit van de toets kun je de snaarhoogte laten zakken tot zo’n 8 mm bij de G-snaar, verlopend naar 12 mm bij de E. Dit wordt gemeten aan het eind van de toets. Verder blijft het natuurlijk een kwestie van smaak en speelstijl. Vergeet tot slot natuurlijk niet de nieuwe kam te behandelen met olie!
Oorspronkelijk gepubliceerd in: de Bassist.
https://www.debassist.nl/